In balans: Het recht om te betogen versus de plicht tot bescherming

Minister Vincent Van Quickenborne verdedigt de nieuwe anti-casseurswet, die tot doel heeft gewelddadige acties tijdens betogingen te beteugelen, terwijl hij tegelijkertijd het recht op vreedzaam protest benadrukt.

Een pleidooi voor vreedzaam protest

Het kabinet van Vincent Van Quickenborne werd vandaag het toneel van een omvangrijke demonstratie, geleid door vakbonden en diverse organisaties. Hun grieven? De bewering dat hun grondwettelijke recht om te betogen door de minister in het gedrang zou komen. Echter, Van Quickenborne haast zich om dit misverstand uit de wereld te helpen. Hij herinnert zich nog levendig hoe hij zelf deelnam aan de Witte Mars en benadrukt dat het betogingsrecht voor hem onaantastbaar is. Maar, zo stelt hij, dit recht mag nooit een vrijbrief zijn voor geweld, vernieling of vandalisme.

Grenzen aan de vrijheid

Brussel, als kloppend hart van ons land, heeft jaarlijks te maken met een duizendtal demonstraties. En hoewel de overgrote meerderheid vreedzaam verloopt, is er een hardnekkige minderheid die het nodig acht om over te gaan tot gewelddadige acties. Wanneer deze vandalen keer op keer chaos veroorzaken, wanneer politiemensen het doelwit worden van fysieke aanvallen en wanneer overheidsgebouwen in vlammen opgaan, klinkt de roep om strenger optreden steeds luider.

De nieuwe wet: Bescherming of beperking?

De zogenoemde anti-casseurswet, waar Van Quickenborne zich achter schaart, is in het leven geroepen om deze ontsporingen te beteugelen. De wet stelt dat individuen die zich schuldig maken aan ernstige gewelddaden tijdens betogingen voor een bepaalde periode kunnen worden uitgesloten van deelname aan dergelijke manifestaties. De vergelijking met een stadionverbod voor voetbalhooligans dringt zich op.

Echter, de wet is niet zonder waarborgen. Zo kan een verbod alleen worden opgelegd door een rechter, en dan nog uitsluitend aan daders die specifieke ernstige misdrijven hebben begaan. De maximale duur van een dergelijk verbod is vijf jaar, en de rechter dient zijn besluit uitvoerig te motiveren.

Een oproep tot dialoog

Van Quickenborne benadrukt dat deze wet er is om de rechten van vreedzame betogers te beschermen. Te vaak worden vreedzame demonstraties overschaduwd door relschoppers, wat soms zelfs leidt tot een algeheel verbod op demonstraties uit angst voor ongeregeldheden. Met deze wet wil de minister de rotte appels uit de mand halen en het recht op vreedzaam protest waarborgen.

Hij sluit zijn betoog af met een vraag aan de gemeenschap: “Wat vinden jullie?”

Tekst Andy Vermaut en Serge Jansen van www.westnieuws.be