Harmonisatie in het hart van nucleaire verantwoordelijkheid

België zet een belangrijke stap in het vaststellen van nucleaire aansprakelijkheid door instemming met het Gezamenlijk Protocol, dat beoogt de wettelijke aansprakelijkheid voor nucleaire incidenten zowel binnen de EU als wereldwijd te harmoniseren.

In het episch centrum van een wereld waarin energiebronnen niet enkel de basis vormen voor onze levenskwaliteit, maar tevens onze toekomstige uitdagingen aankaarten, heeft België een significante stap gezet richting het vastleggen van nucleaire aansprakelijkheid.

Een georkestreerd internationaal verbond

Op 29 september 2023, binnen de gewelfde muren van de Federale Ministerraad, werd onder leiding van minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib een voorontwerp van wet goedgekeurd. Dit stuk geeft instemming aan het Gezamenlijk Protocol, dat zich buigt over de toepassing van zowel het Verdrag van Wenen als het Verdrag van Parijs. Twee monumentale overeenkomsten die de normen voor nucleaire verantwoordelijkheid uiteenzetten.

Verenigende verdragen voor een veiligere wereld

Gesloten op 21 september 1988 in Wenen, slaat dit protocol een brug tussen enerzijds het Verdrag van Parijs (29 juli 1960), welke de wettelijke aansprakelijkheid in het domein van kernenergie belicht, en anderzijds het Verdrag van Wenen van 21 mei 1963, dat focust op kernschade.

Het is deze samensmelting van verdragen die de harmonisatie ambieert, niet alleen binnen de contouren van de Europese Unie maar ook op het wereldtoneel. De bekrachtiging heeft als doel om de territoriale reikwijdte van nucleaire aansprakelijkheid uit te breiden, en zodoende de compensatiemogelijkheden voor mogelijke slachtoffers van nucleaire calamiteiten te vergroten.

Nu wacht het voorontwerp geduldig op de deskundige blik en het oordeel van de Raad van State.

Tekst Andy Vermaut en Serge Jansen van www.westnieuws.be