Op vrijdag 20 september vond er een ceremonie plaats in de residentie van gouverneur Carl Decaluwé in Brugge. De Koninklijke Orde van de Paardevisser, bekend om hun traditionele methode van garnaalvissen te paard, bood de eerste vangst van het nieuwe seizoen aan Zijne Majesteit koning Filip aan. Dit jaar werd de plechtigheid niet in het Koninklijk Paleis gehouden vanwege lopende renovaties, maar op de alternatieve locatie bij de gouverneur van West-Vlaanderen.
De garnalen werden in ontvangst genomen door Hilde Vanden Berghe, adjunct-protocolchef van het Huis van de Koning. Dit moment markeert de jaarlijkse start van het garnalenseizoen, een traditie die al 55 jaar in stand wordt gehouden. De ceremonie onderstreept de speciale band tussen de paardenvissers en het koningshuis, die teruggaat tot 1935 toen prinses Josephine Charlotte de paardenvissers bezocht.
De “kaviaar van de Noordzee”
Tijdens de ceremonie sprak grootmeester René Decorte vol trots over de unieke garnalen van Oostduinkerke, die hij omschreef als de “kaviaar van de Noordzee.” Deze grijze garnalen zijn een trots product van de streek, en hun vangst door paarden maakt deel uit van een traditie die in 2013 door UNESCO werd erkend als immaterieel cultureel erfgoed.
Het overhandigen van de eerste vangst aan de koning heeft een belangrijke symbolische betekenis. Het versterkt de historische band tussen de paardenvissers en de monarchie. Elk jaar wordt deze traditie opnieuw beleefd, wat voor de vissers telkens een bijzonder moment is.
Historische band met het koningshuis
De band tussen de Koninklijke Orde van de Paardevisser en de Belgische koninklijke familie bestaat al bijna een eeuw. De paardenvissers werden in 1967 officieel georganiseerd als een vereniging, en sinds 1968 wordt de jaarlijkse overhandiging van de eerste garnalen aan het koningshuis een vast onderdeel van hun kalender. Volgens voorzitter Marc Sirjacobs is het een traditie die zij elk jaar met veel verwachting tegemoetzien.
Het ambacht van de paardenvissers, dat diep geworteld is in de lokale cultuur van Oostduinkerke, blijft van generatie op generatie doorgegeven. “Deze jaarlijkse ceremonie met de koning is een erkenning van ons vakmanschap en de rijke geschiedenis van de paardenvissers,” aldus Sirjacobs.
Belangrijke momenten uit het verleden
In 2013 brachten koning Albert en koningin Paola, op uitnodiging van de Koninklijke Orde van de Paardevisser, een bezoek aan Oostduinkerke. Dit bleek hun laatste officiële bezoek te zijn voordat koning Albert zijn troonsafstand bekendmaakte. Het jaar daarop was de Orde aanwezig bij een bijzondere gebeurtenis: de eerste euromunten met de beeltenis van koning Filip werden geslagen, en dit samenviel met de UNESCO-erkenning van het ambacht van de paardenvissers.
Een ander belangrijk moment vond plaats op 12 september 2017, toen koning Filip en koningin Mathilde Oostduinkerke bezochten. Tijdens dit bezoek werd de Koninklijke Orde van de Paardevisser officieel in de adelstand verheven en ontvingen zij hun koninklijke titel ter ere van hun 50-jarig bestaan.
Gouverneur Decaluwé geridderd
Tijdens de ceremonie van 20 september werd gouverneur Carl Decaluwé geridderd in de Koninklijke Orde van de Paardevisser. Als onderdeel van het ritueel werd hij uitgedaagd om een glas witte wijn gevuld met grijze garnalen in één keer leeg te drinken. Decaluwé voldeed met succes aan deze taak en benadrukte in zijn dankwoord hoezeer hij het unieke vakmanschap van de paardenvissers waardeert.
Als symbool voor zijn nieuwe titel ontving hij een erelint en een speldje van de paardenvissers. In zijn toespraak prees Decaluwé de paardenvissers als een belangrijk onderdeel van het Vlaamse erfgoed en beloofde hij trouw te blijven aan hun ambacht en cultuur.
Een levende traditie
De jaarlijkse ceremonie van de Koninklijke Orde van de Paardevisser symboliseert niet alleen de start van het garnalenseizoen, maar ook de voortzetting van een eeuwenoude traditie die diep geworteld is in de lokale cultuur van Oostduinkerke. Het vakmanschap van de paardenvissers, door UNESCO erkend als werelderfgoed, blijft een bron van trots voor zowel de vissers als de bredere Vlaamse gemeenschap.
Voorzitter Marc Sirjacobs benadrukt het belang van het doorgeven van deze tradities aan toekomstige generaties: “We zijn vastberaden om ervoor te zorgen dat het ambacht van de paardenvissers blijft voortleven. Deze jaarlijkse ceremonie met de koning geeft ons de energie en trots om ons werk met evenveel passie voort te zetten.”
(Tekst Serge Jansen, foto’s Gino Ester voor www.westnieuws.be)